Over twee weken gaan Martha en ik een paar dagen naar het Midden Oosten om een aantal keer te spreken voor een groep gelovigen die in de regio werken. Het idee is om een aantal studies te doen over Jesaja 52 en daar ben ik momenteel mee aan het stoeien. Er worden machtige, triomfantelijke beelden en grote woorden gebruikt die in schril contrast staan met de werkelijkheid van het heden; superlatieven die het Joodse volk als een magneet vooruit blijven trekken. Vallen, opstaan en weer doorgaan: "Puinhopen van Jeruzalem, barst in juichkreten uit!" Waarom zouden puinhopen juichen? Omdat de Heer heeft getroost, vrijgekocht en zijn macht en bevrijding heeft getoond.
De tijd wordt samengepakt in dit hoofdstuk. Het lijkt te slaan op een gebeurtenis maar het is universeel. Egypte, Assur en Babel worden in een zin genoemd terwijl er in werkelijkheid een eeuwenlange geschiedenis tussen deze gebeurtenissen ligt.
Als een vogel vliegen we over het plaatje en zien dat het niet om een geïsoleerde gebeurtenis gaat. Het gaat om Gods hand door de geschiedenis heen en omdat deze hierin zo zichtbaar, haast tastbaar is, is er een levende, krachtige hoop voor de toekomst.
De bode die een boodschap van vrede en de vrijheid komt brengen, stemt de mensen blij, doen de wachters op de muren en de puinhopen van Jeruzalem in gejuich losbarsten.
Ik kan u vertellen, geachte bloglezer, dat dit momenteel niet het geval is. Dergelijke bodes worden over het algemeen uitgespuugd.
Vrede en vrijheid kunnen alleen binnen Gods oorspronkelijke ontwerp voor de mens worden gerealiseerd. En dan kun je niet om Christus heen, voor velen nog steeds een steen des aanstoots. De prijs die vrede en vrijheid vraagt, is voor velen te hoog. Het kost teveel om het eigen gelijk op te geven; te erkennen dat Hij gelijk heeft.
Maar waar dat gebeurd lijkt het wel alsof zelfs de straatstenen er anders uitzien en God loven!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten