29 april 2014

Dode heiligen

Het circus waarbij twee overleden pausen tegelijk heilig zijn verklaard is voorbij en nu mogen de beide mannen wereldwijd officieel vereerd worden. De praktijk van de heiligverklaring is zo’n duizend jaar na Christus ontstaan. De praktijk is op geen enkele wijze verbonden aan Bijbelse instructie. Het is een manier om mannen en vrouwen die veel betekent hebben voor het Christelijke geloof of, beter gezegd,  de Katholieke Kerk[1], respect en eer te betonen en dit officieel vast te leggen. Dat deze heiligen ook worden geacht een plaats in de hemel te hebben ingenomen is er ook bij verzonnen. Of het nu gaat om “officiële” heiligen of niet, in wezen houden de meeste mensen er eenzelfde praktijk op na door manieren te vinden om de nagedachtenis aan een dierbare overledene levend te houden. Daar is niets mis mee.

De heiligverklaring is een dubieuze manier van het omgaan met het begrip “heilige” en het is zuur dat juist de kerk, die toch haar bestaan en praktijk ontleend aan de Bijbel, er zo’n gruwelijke draai aan heeft gegeven. De Bijbel kent namelijk geen dode heiligen; slechts levende heiligen. “Heilige” is geen titel die de mens aan een ander toekent maar de wijze waarop God die mannen en vrouwen benoemt die door Hem apart zijn gezet. In de geschiedenis en ontwikkeling van de mensheid lezen we hoe God een onbetekenend volk uitkiest om “Heilig” te zijn; apart gezet door en voor Hem om in de barbaarse wereld een economie, sociale-, en maatschappelijke orde te demonstreren die gekenmerkt wordt door de wetten en verordeningen die door Hem zijn ontworpen. Dat dit volk het er niet zo best van af bracht is te lezen in het Oude Testament; Israël kon de verwachtingen die God aan haar stelde niet waarmaken. Ondanks het voortdurend falen om dat Heilig zijn in praktijk te brengen, geeft God de moed niet op en begint keer op keer opnieuw met zijn volk. De komst van de Verlosser, Jezus Christus, verandert het speelveld. Christus wordt nu “de heiliging” van de mens en in (of rondom) Hem vormt zich een wereldwijde gemeenschap van hen die apart zijn gezet: heiligen die hun leven inrichten volgens de (spel)regels die binnen het Koninkrijk van God gelden. Het belangrijkste onderwijs over die spelregels beslaat “slechts” drie hoofdstukken (Mattheus 5, 6 en 7).

Een belangrijk spanningsveld waarin de christen leeft is het feit dat er enerzijds niet op een heiligverklaring hoeft te worden gewacht. Door het geloof maakt de christen van het ene op het andere moment uit van die apart gezette groep die “heiligen” worden genoemd. Anderzijds is het waarmaken van die status een verhaal dat een leven lang (en ver daarna duurt); je bent er nooit mee klaar. De christen worstelt met het feit dat zijn/haar leven voortdurend door zichzelf en anderen langs de hoge lat van kenmerken van dat heilig zijn wordt gelegd, terwijl de eerste, vaak moeizame stappen nog maar net worden gezet. Een levende heilige zijn maakt het leven echter veel interessanter dan af te moeten wachten of ik na mijn dood door anderen heilig genoeg zal worden bevonden. Wat God betreft is het een uitgemaakte zaak; heilig verklaard worden kan slechts in het hier en nu gebeuren. Een postume heiligverklaring zit er niet in.




[1] Er zijn andere denominaties die een proces kennen waarbij mensen heilig worden verklaard.

22 april 2014

Retro Praise

Je kon erop wachten maar Retro krijgt ook vat op de kerk. De eerste dienst (in zeker vijfentwintig jaar) waarin de samenzang begeleid werd door een knap bespeelt RIHA orgel is een feit. Jawel, zo'n eerste generatie elektronische orgels die je vooral in de mindere zaaltjes van een willekeurig kerkgebouw aantrof of in kerken die zich geen Johannes orgel konden veroorloven. Het voelde altijd aan als een soort van samenzang voor mensen die niet gewoon waren a capella en vierstemmig te zingen zoals men ook nu nog wel kan beleven in de wat traditionelere Vergadering van Gelovigen samenkomsten (is erg mooi trouwens). Om de samenzang toch vooruit te trekken en te voorkomen dat er niet te veel werd "gezakt" was de RIHA en soortgelijke orgels een uitkomst. Maar het klonk van geen kant.
Edoch, de beleving van klank is aan verandering onderhevig. RIHA begeleiding is ongelooflijk cool en het sentiment groot! Wat een geweldig apparaat! Heerlijk die kunstmatige tremolo en ingeblikte galm. Fantastisch hoe een fluit klinkt als zo'n fluitje van 10 cent zonder balletje erin en zonder spuug, en een trombone als een verkouden blokfluit. Wat we toen niet begrepen, begrijpen we nu wel. De fluit en een trompet horen helemaal niet als zodanig te klinken. De fluit klinkt als een RIHA fluit en de trompet als een RIHA trompet; volkomen uniek.
De wereld buiten de kerk had het al een poosje door en de retro instrumenten zijn niet aan te slepen. Retro is het nieuwe cool. De Retrowereld vertegenwoordigt de periode tussen natuurlijke instrumenten en doorontwikkelde midi en sampling technologie die de natuur zo getrouw na kan bootsten dat de gemiddelde sterveling het verschil niet meer kan horen.
Retro bepaalt de mens bij het tijdelijke van de dingen alsook het zich uitstrekken naar perfectie. Het toont aan dat, als die perfectie uiteindelijk is bereikt, of bijna is bereikt, het niet die voldoening geeft die men had gehoopt of verwacht; "geef mij liever de wereld van het pogen, dan blijft er nog iets te doen, iets om na te streven."
Wat me vooral verbaasde is dat het geen kerk was met vijftig plussers. Ik schat dat de helft van de aanwezigen (100 van de 200) onder de 35 jaar oud was.
RIHA vertegenwoordigt een uitdrukking van authenticiteit waar een groeiende groep mensen naar op zoek is; een authenticiteit die alle facetten van het leven betreft, zowel het innerlijke als het uiterlijke.
Genoten heb ik. Onder de klanken van de RIHA zongen we paasliederen met als klapper "U zij de Glorie." Alle registers mochten open. Fluit, trombone en trompet versmolten tot een glorieuze geluidsbrij; de galm stond op maximaal en de tremolo kreeg vakkundig de vrije teugel of werd met het bit (de linkerhand van de organist) in toom gedwongen tot een gladde, edoch ondefinieerbare klank. Ik zong zowaar mee!

Heb je nog zo'n orgel staan? Niet wegdoen. De vraag ernaar neemt toe en je kan er zowaar geld voor vragen. Dat kun je vervolgens naar OM sturen als een gift,

Hier een linkje naar een RIHA orgel op YouTube. helaas heb ik geen opnamen van de bijeenkomst dus moeten we het doen met een "neutraal" voorbeeld.

Hieronder een foto die ik zo'n dertig jaar geleden maakte van Dick Baarsen in een tentbijeenkomst. Daar waren die orgels zeer populair . De apparaten waren redelijk mobiel. Je kon ze makkelijk vervoeren, slechts vier man was nodig om het apparaat te tillen. Op de foto geen RIHA maar een ander merk van een nieuwere generatie, met ritmebox.





03 april 2014

Best wel lastig, die Bijbel

Boeken deel je in genres in: fictie, geschiedenis, fantasie, wetenschappelijk, roman, en ga zo maar door. Een lezer voelt zich thuis in een of meerdere genres en vermijdt het lezen van boeken die minder bij hem passen.

De Bijbel is een verzameling van 66 boeken die onderverdeeld worden in verschillende genres. Je kunt de Bijbel dan ook niet als een geschiedenisboek lezen, als poëzie of als roman. Elk afzonderlijk boek dient binnen het eigen genre te worden gelezen en geïnterpreteerd. Wat de boeken gemeenschappelijk hebben is dat ze worden gewaardeerd als het geopenbaarde woord van God waarin Zijn gezag ligt besloten.

Omdat de Bijbel niet slechts één genre vertegenwoordigd kun je verschillende aanvliegroutes kiezen bij het zoeken naar antwoorden op de grote levensvragen. De geschiedenis van de kerk kent talloze pogingen om deze aanvliegroutes te reduceren tot een compacte, heldere, alles samenvattende route; de zogenaamde dogma’s. Dogma’s zijn handig als je zelf niet al te veel denkwerk wilt verrichten. Grote en voorname (vooral) mannen hebben dat al voor ons gedaan. Dogma’s maken de mens dan ook lui.

Een voorbeeld van zo’n dogma:

In de Bijbel komt de mens er niet best van af. De mens is door en door rot. Zo rot zelfs dat hij niet eens in staat is om zich om te keren van zijn rotheid tenzij God het initiatief neemt en de mens tot omkering beweegt. De mogelijke goede daden die hij verricht worden zelfs gekenmerkt als een bevuild kleed. Gelukkig liet God de mens niet aan zijn lot over en stuurde Hij zijn Zoon die onze rotheid omkeert in goedheid. Dat is niet onze goedheid, maar zijn goedheid. Het geloof in Hem maakt alles tussen God en de mens weer goed, maar de mens zelf wordt niet veel beter.

Het bovenstaande kan keurig met Bijbelteksten worden onderbouwd en verdedigd.

Het onderstaande is echter net zo waar:
De mens is Gods oogappel, de kroon op Gods schepping en wordt innig geliefd door God die slechts één wens heeft voor alle mensen en dat is dat ze Leven en Vrede ervaren, zowel nu als later. De mens lijkt echter in voortdurende strijd te leven met die wens van God en kiest bij voorkeur dingen die niet zo veel met leven en vrede te maken hebben; liegen, bedriegen, zelfverrijking en zelfverheffing zijn vreemden voor niemand. De ontmoeting met Christus confronteert de mens ten diepste met zichzelf en stelt de mens in staat om mens te worden zoals oorspronkelijk door God bedoelt. Het staat de mens vrij om deze weg van Christus te kiezen.

Het maakt nogal verschil wanneer de poëet een blauwe lucht beschrijft en wanneer een natuurkundige dat doet. Beiden beschrijven een deel van de waarheid; de een meer als een beleving en de andere meer als fenomeen en feitelijk hebben ze beiden gelijk.


Dat is ook het lastige met de Bijbel. Dat geopenbaarde, gezaghebbende woord van God laat zich maar moeilijk in een formule samenvatten. En zo blijven we zoeken en tasten. Dat houdt de ziel en het verstand lekker lenig.