28 juni 2020

Het gefluister Gods

Iemand zei iets over God op JijKanaal. Reacties zijn lovend: "Eindelijk iemand die zegt wat ik altijd al vond en dacht; ik ga je volgen. Blijf doorgaan met dit goede werk. De waarheid moet verteld worden." Deze reactie staat model voor een interessant fenomeen.

De sociaal mediaconsument zoekt dat op wat hij/zij wil horen of zien. Eenmaal gevonden bevestigt en versterkt het zijn/haar ideeën over de wereld, de mens, de politiek, God en wat dies meer zij: er zijn anderen die net zo denken als ik dus moet ik wel gelijk hebben.
De sociale media dragen bij aan het terugdringen van het vermogen van de mens om kritisch te denken en om te gaan met tegenstellingen. In plaats van een gedegen weerwoord te formuleren lijkt polarisatie al wat de klok slaat. Tegenstellingen worden uitvergroot, resulterend in een versterkt "wij en zij" denken dat vervolgens weer aanleiding is voor her en der oplaaiende brandjes en branden.
Niet helemaal nieuw natuurlijk want het fenomeen bestond ook al bij de oude en traditionele media; het vraagt durf om een boek te lezen waarvan je weet dat het niet per se jouw ideeën verwoordt. 

Grote woorden over God. Ik heb ze gehoord en zal ze blijven horen. Het liefst zoek ik aansluiting bij de grote woorden die weergeven wat ik voel, vind of denk. Da's de veiligste optie en verkleint de kans op verwarring in mijn denken. Dat laatste kan ik niet gebruiken naast alle verwarring die het leven in z'n algemeenheid al op m'n bordje presenteert, dus laat alsjeblieft mijn beeld van God intact.
Lezend en peinzend over het boek Job dringt het tot me door dat dit precies is wat Job's vrienden doen. Ze spreken grote woorden over God en over Job. Die grote woorden maken God nog onbereikbaarder dan Hij al is en zetten Job op zijn plek naast de maden en de mieren; de afstand tussen hen zo groot dat overbruggen een illusie is. Het gesprek tussen Job en zijn vrienden ontaardt op geregelde tijden in moddergevechten waarbij ze niet schromen elkaar voor rotte vis uit te maken.
Dan zegt Job iets opvallends dat alles in een perspectief plaatst waardoor een constructieve dialoog weer mogelijk wordt: "... wij vangen van Zijn woorden slechts gefluister op (26:14)."

In 1978 besloot ik Jezus te gaan volgen en deze zomer heb ik er 42 jaar volgelingschap op zitten. Ik heb grote woorden gehoord, omarmd, (luid) gesproken en geclaimd om uiteindelijk te ontdekken dat God daarin niet te vinden is. Waar ik Hem vind is in het gefluister, op een plek waar alle stemmen verstommen en alle beelden vervagen. Zonder die verstomming en vervaging kan ik Hem niet vinden: teveel lawaai en schreeuwende kleuren.

Hier een link naar mijn youtube clip (ja, ja): Het gefluister Gods



18 juni 2020

Tante Eva moet dood!

Iedereen in de familie weet dat tante Eva de oorzaak is geweest van een heleboel ellende. Ze zette familieleden tegen elkaar op en kreeg het zelfs voor elkaar ze zover uiteen te drijven dat zelfs broers en zussen elkaar niet meer wilden zien, laat staan spreken. Naar verluidt deed tante Eva zelf natuurlijk nooit iets. Het was altijd de ander. Zij kwam slechts voor haar rechten als slachtoffer op en, nog veel belangrijker, het belang en welzijn van anderen.

Zelf heb ik tante Eva nooit in levende lijve ontmoet. Ze houdt zich op in de schaduwen van het bestaan van waaruit ze opereert. Een prikje hier, een suggestie daar plus een zakje twijfelzaad bij de jaarlijkse kerstgroet. Ook werkt ze nauw samen met oom Evert.

Het vreemde is dat iedereen in de familie van haar bestaan afweet maar niemand het lef heeft om over haar te praten en het gif dat ze verspreidt te noemen wat het is: gif. We praten liever om haar heen zodat we niet hoeven te praten over waar het echt om gaat.

Ik denk dat de reden voor het niet noemen van tante Eva gelegen is in het feit dat wat ze doet zo lekker aansluit op mijn gevoel van eigen gelijk. Het gevaar is dat, als tante Eva het onderwerp van het gesprek wordt, de deelnemers aan dat gesprek zich gaandeweg onprettiger gaan voelen; het eigen gelijk blijkt een flinke dosis ongelijk te bevatten. En wie wil nou erkennen dat slachtofferschap en daderschap zomaar ik elkaars verlengde kunnen liggen. 
De idealistische strijder tegen onrecht kan zich zomaar ontpoppen als een wrede, niets en niemand ontziende demagoog wanneer hij de ruimte van de onrecht vertegenwoordigende en nu gewipte heerser inneemt. De geschiedenisboeken spreken hier voor zich. Ik zou dat uiteraard natuurlijk nooit doen.

Als familie hebben we onlangs de koe bij de horens gevat en het besluit genomen om tante Eva en elke herinnering aan haar bestaan uit te vagen. Fotoalbums zijn ontdaan van beeltenissen van tante en we hebben haar naam door laten halen in het bevolkingsregister. Wat ons betreft heeft tante Eva nooit bestaan en hoeven we het noemen van haar naam niet langer angstvallig te vermijden. Tante Eva? Nooit van gehoord. Tante Eva? Slechts een mythe.

Tot onze ontsteltenis is er vorige week iets in de familie gebeurd wat niemand had verwacht. We hadden ons zo verheugd op een leven vol pais en vree waarin we allemaal gelijk zijn en niemand wordt voor- of achter getrokken. Nu blijkt dat er een verre neef is die overduidelijk de genen van tante Eva heeft geërfd. Maar nog erger was dat bij het laatste familieberaad en tijdens een zeldzaam moment van eerlijkheid en zwakte, we allemaal erkenden dat (iets van) tante Eva in ons leeft.

Iedereen huilen natuurlijk maar ik dacht bij mezelf dat die ontdekking eigenlijk helemaal zo slecht niet was. Een leefbare wereld begint pas bij dit besef: tante Eva, dat ben ik.

13 juni 2020

Leugenstoffeerders

Als iemand diepe donkerte, donkerste duister, diepzwarte chaos, nachtzwart licht noemt, zou je het idee kunnen krijgen dat er iets aan de hand is.
Als de weg uit het lijden eeuwige duisternis is en dat het enige lichtpunt is waar reikhalzend naar wordt uitgezien, heb je het niet langer over een verrekte spier. Dan hebben we het over uitzichtloos lijden.

De jongens die langs zijn gekomen om Job een hart onder de riem te steken en om uit te vogelen wat Job allemaal wel niet gedaan moet hebben om zo'n lijden te moeten ondergaan, spreken hem toe met enkele bemoedigende woorden:

  • Job, je bent een winderige wetenschapper en je buik is gevuld met oostenwind.
  • Job, als jij je mond opendoet hoor ik dat achter jouw woorden een flinke portie schuld schuilgaat.
  • Job, je kent het gezegde "waar rook is, is vuur". Ook al zegt God zelf van jou dat je rechtschapen en onberispelijk bent, het kan niet anders of je moet wel iets verkeerds hebben gedaan. Anders zou dit je niet overkomen. Het beste is dat je je dus bekeert. 

Job weet echter niet waarvan hij zich zou moeten bekeren en smeekt God om dat aan hem te laten zien: "Laat het me zien of laat me met rust, dan zal ik nog een beetje plezier hebben van de dagen die ik nog op aarde heb."

Job zelf is echter niet van gisteren en put uit een heerlijk arsenaal aan metaforen. Zijn vrienden noemt hij leugenstofeerders en kwakzalvers die beter hun mond kunnen houden; dan komen ze wijzer over dan wanneer ze hun scheur opentrekken.

Ze zijn vijftien hoofdstukken onderweg en nog geen steek verder. Ze maken elkaar uit voor rotte vis en menen stuk voor stuk dan hun beeld van God juister is dan dat van de ander.


De theodicee is een eindeloze dialoog en moet dat volgens mij ook zijn.. Het trachten plaatsen van God in het wereldgebeuren en het individuele leven is een oefening zonder sluitend einde. De mensheid probeert het wel sluitend te krijgen maar op het moment dat iemand een sluitend einde voorstelt, is hij/zij zich meteen bewust van de ontoereikendheid ervan. De regelmatig te horen cliche's klinken zelfs als schamele pogingen om de grote paradox dicht te smeren met lucht.

  • Alles wat God doet, doet hij ten diepste uit liefde.
  • Hij kan er wel wat aan doen, maar staat het toe.
  • We verdienen niet beter.
  • Hij staat het toe om de mens iets te leren.
  • We moeten het maar aanvaarden zoals het is.
  • In Christus is het allemaal opgelost.
  • We moeten ruimte laten voor het mysterie.
  • En meer.

Ondertussen gaat het lijden door. Volgens berekeningen van de wereldgezondheidsorganisatie pleegt er iedere 40 seconden iemand ergens op de wereld zelfmoord. Persoonlijk ken ik zo'n diep lijden niet maar als ik het verhaal van Job lees kan ik me voorstellen dat de dood omarmt wordt als het licht aan het eind van een inktzwarte tunnel. Velen vertellen hun verhaal niet. Wellicht uit schaamte, schuld of gebrek aan woorden maar ik denk vooral omdat elk woord van troost in dat lijden als luchtig zout in de wonde wordt ervaren.
Ze begonnen goed, die vrienden van Job. Ze kwamen en waren er voor Job in een woordeloos zijn. We lezen niet hoe Job dat ervaren heeft en het is moeilijk een boek te schrijven over niet zo heel veel. Na zeven dagen van "zijn" is het Job zelf die de stilte doorbreekt. De dialoog begint en er komt geen einde aan. Wat als God nu zelf eens zou spreken en uiteen zou zetten hoe het nu precies in elkaar steekt. Ik kan niet wachten!

05 juni 2020

De Job van God a.k.a. De kop van jut

De jongens (Job met z'n maten) beginnen op dreef te komen in hun poging om de onhoudbare tegenstelling van een liefdevolle God die het kwaad alle ruimte geeft, te verklaren.
De God die Job schetst is er een waar je alleen maar kwaad op kan worden. Die God houdt zijn boosheid niet in en vernietigt de rechtvaardigen samen met de goddelozen. Enige vorm van gesprek met die God is onmogelijk (niet een op de duizend maal een weerwoord) en ook al zou je onschuldig zijn, Hij zal je toch schuldig verklaren.
Een duivels dilemma dus.
Het zou een volmaakte God niet passen om een fout te maken. Dat zou een nieuw dilemma creëren dus wordt de onvolmaaktheid lenig afgewenteld op zijn beelddrager. Job dus, en met Job de gehele mensheid waarmee de mens de Job van God is geworden.
Wat is er mis met een God die de verantwoordelijkheid niet neemt voor een fout die duidelijk op zijn conto kan worden bijgeschreven. Daar is heel wat mis mee, zeker als die verantwoordelijkheid ook nog eens wordt afgewenteld op dat wat Hij eerst zo graag wilde en nu klakkeloos aan de kant lijkt te zetten. Doet me denken aan de huidige president van Amerika. Die maakt ook geen fouten. Het is altijd de ander en als er geen ander voorhanden is, is er altijd nog de pers. Weerzinwekkend.

Bij het lezen van dit negende hoofdstuk in het boek Job voel ik me letterlijk onpasselijk worden borrelt er een diepe boosheid op.
Job wil terug praten; een weerwoord hebben maar weet dat hij bij voorbaat geen kans maakt. Dus doet hij wat de meeste weldenkende mensen zouden doen: hij plaatst een oproep op Facebook:


Ik ben benieuwd hoe dit gaat aflopen.

01 juni 2020

De apostel met z'n kijkdoos

Tegen beter weten in (want ik word er veelal niet wijzer of vrolijker van) heb ik gisteren Youtube afgestruind en kwam terecht bij een gristelijke tijdenduider, door derden wel geïntroduceerd als een "man met een zalving" en een "apostel". Deze vermeende apostel duidt in een miniserie de tijd waarin we leven en schetst als het ware een kijkdoos naar de toekomst. Behendig neemt hij heersende complottheorieën - waarin machten en krachten een systeem creëren (en dat eigenlijk al hebben gedaan) waarbij totale controle over de mensheid wordt verkregen middels een microchip die meelift op het vaccin tegen Corona dat door de mensheid gretig zal worden verwelkomt - en plaatst deze in zijn bedelingen(*) kijkdoos. Ook de rol die 5G daarbij speelt en Bill Gates als een van de hoofdrolspelers wordt uiteraard niet vergeten; het wordt niet eens voorzichtig gesuggereerd maar als werkelijkheid gepresenteerd. Gelukkig, zo stelt de gezalfde apostel, houdt de kerk dit alles nog tegen....

De uitdaging bij het trachten te duiden van de tijd waarin we leven en de mogelijk daaruit voortvloeiende toekomstscenario's, is om je niet te laten verleiden  dit te doen vanuit een korte termijn perspectief en/of slechts het heden als uitgangspunt te nemen.
Pas als je ver en breed terugkijkt kun je wellicht iets wezenlijks zeggen over morgen. Maar dat doet men over het algemeen niet. Toen de bedelingenleer in de 18e eeuw nieuw leven werd ingeblazen was de Paus de grote boze man (en is het voor velen nog steeds). In de jaren zeventig van de vorige eeuw waren het de Russen, daarna China en nu blijkbaar Bill Gates.

Viktor Vasnetsov, de vier ruiters van de Apocalyps
Mensen hebben kennelijk behoefte aan die duiding en zijn gevoelig voor stemmen die dat op luidruchtige, quasi intelligente, quasi-wetenschappelijke, met de hand op de Bijbel en overtuigende wijze weten te brengen.
De stelligheid waarmee we om de oren worden geslagen met doemscenario's betreffende de opwarming van de aarde is hiervan ook ander voorbeeld. Kijk verder en breder terug en het perspectief verandert hoewel het niets afdoet aan onze verantwoordelijkheid om goed rentmeesterschap te bedrijven.


Ik denk dat een wezenlijk probleem is dat niemand met een lege kijkdoos begint. Als ik mijn kijkdoos ga vullen met fenomenen die zich vandaag voordoen, realiseer ik me dat er al heel wat in mijn kijkdoos zit. Aannames en ideeën over wat ik denk dat de Bijbel en anderen over de toekomst, God en de mens zegt; ik zal onbewust dat wat ik nu zie, vind of voel, zo in mijn kijkdoos plaatsen dat het beeld dat er al is, wordt bevestigd. Dat is ook de reden dat complottheorieën worden ontwikkeld en door velen gretig worden afgenomen; "kijk eens hoe mooi het allemaal past in mijn kijkdoos!"

Toch getuigt het wel van moed om zo'n serie op Youtube te plaatsen. Ik vind het wel stoer hoewel de beste man in mijn beleving een karikatuur van zichzelf maakt en ik het niet anders kan zien dan een Jiskefet sketch of een aflevering van "man bijt hond." Anderen daarentegen zullen hem en zijn stelligheden omarmen als een godsgeschenk omdat het zo fijn in hun kijkdoosje past.

Hoop heeft alles met de toekomst te maken. Hoop kun je niet zien, hooguit omschrijven als een beleving, een soort van  "diep weten" dat als een anker heden en toekomst met elkaar verbindt. Dat de mens die hoop wat handen en voeten probeert te geven is een eigenschap die ons onderscheidt van de dieren. Hoop echter die tastbaar wordt en je als het ware vast kunt houden kan je ontnomen worden en daarmee een illusie armer maken.
Nee, geef mij een toekomst die gemotiveerd wordt door die onzichtbare hoop. Die verwacht ik met een volharding die sterker is dan welk mogelijk toekomstscenario dan ook.


(*) De bedelingenleer (of dispensationalisme) is een systematisch-theologisch kader, dat ervan uitgaat dat Gods plan met de wereld kan worden opgedeeld in verschillende bedelingen. Zo hebben christenen het vaak over "de eindtijd," zeg maar dat we aan het eind gekomen zijn van een reeks bedelingen waarbij men reikhalzend uitziet naar een dramatische, bovennatuurlijk ingrijpen van God dat pas zal gebeuren nadat de tegenstander van God een tijdje gigantische te keer kan gaan. Met andere woorden, het moet eerste veel erger worden voordat een nieuwe tijd aanbreekt. In deze context worden dan Corona, Gate en 5G geplaatst.