Dan maar even doorvragen.
Een nieuwe Bentley of auto die niet kapot kan? Perfecte gezondheid? Zonneschijn wanneer ik daar behoefte aan heb? Minder slaap? Een huis in de duinen met uitzicht op zee met buren die op meer dan een kilometer afstand wonen? Een onderhoudsvrije tuin? Het scherpste geestelijk inzicht dat menselijk gezien mogelijk is? Een fiets waarvan de banden echt niet lek kunnen? Zo kunnen we nog wel even verder gaan.
Dan begint het nadenken, hoewel er ook zijn die vasthouden aan "alles is alles" en dat als je het echt wil, je het ook zult krijgen.
Dit soort simplificaties doet de geloofszaak geen goed.
Als de eigenaar van de plaatselijk supermarkt mij verrast met de mededeling dat ik de honderdduizendste bezoeker ben en als prijs van elk artikel in zijn winkel een exemplaar mag meenemen dan beperkt dat alles zich tot de winkelvoorraad. Als ik vervolgens naar de winkel ernaast loop en daar ook van ieder artikel een exemplaar in mijn karretje laad, begrijpt iedereen dat zo'n daad krankjorum zou zijn.
Context dus.
Wat vergeten veel bijbellezers dat toch. Het is zo verleidelijk om een vers te nemen en daar een universele toepassing op los te laten. Ieder gedachte in de Bijbel of een verhaal staat binnen een bepaald kader. Het grote kader van het hele boek en het kleinere kader van de directe omgeving van een passage.
Als Paulus zegt dat God on met Christus alle dingen geeft dan ben je aan jezelf verplicht om te onderzoeken binnen welke grenzen hij dat zegt en bedoelt.
Het gaat in Romeinen 8 over het alles dat God door Christus voor ons heeft bewerkt. En dan krijgt dat "alles" opeens een heel andere betekenis, diepte en inhoud. Omdat het is 'ingeperkt' kunnen we ons opeens verbazen over wat dat inhoudt; het wordt specifiek. Het "alles" in metafysische zin doet dat niet en leidt slecht tot verwarring omdat we weten dat we echt niet "alles" krijgen. Richt je op wat het wel inhoud.
Een welgestelde Romein had een zoon die zijn hart brak en een slaaf die zijn bewondering opwekte. Op zijn sterfbed besloot de man om zijn zoon te onterven en alles na te laten aan de slaaf, Marcellus. Hij liet het vastleggen en liet zijn zoon bij zich komen om te vertellen wat hij had gedaan. "Ik heb besloten om alles aan Marcellus na te laten," zei hij. "Echter, je mag een ding voor jezelf uit de nalatenschap kiezen." "Dan kies ik Marcellus!" antwoordde de zoon.
In ons geloof in Christus ontvangen we alles.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten