Mijn geestelijk vorming stond in het teken van het leren begrijpen van wat het leven hier is ( zoals slecht, werelds, strijd, lijden, zonde, vlees (en vooral het doden ervan), wij - zij) en waar we naar uitzien (goed, hemel, vrede, nooit meer pijn, geest). In het spanningsveld tussen het leven hier en het leven straks staat genade centraal. Die genade is een soort van troefkaart die al onze tekorten opheft en het allemaal oké maakt; me kwalificeert voor dat leven straks.
Maar hoeveel van dat straks vindt zijn weg naar het leven nu? Dat leven hier blijft toch vooral houterig en tobberig hoewel we op zondag anders zouden willen doen voorkomen. En ja, er zijn best wel periodes dat de hemel vanuit het verschiet volop op ons leven schijnt. Maar we weten het maar moeilijk vast te houden. Een zwerende vinger kan gemakkelijk als een donkere wolk het schijnsel doen verduisteren.
Het is een beetje vreemd. In mijn eigen prediking leg ik vooral een nadruk op het leven hier; door het geloof in Christus worden we nu al gepromoot tot waardigheid. De hemel ligt voor het grijpen en de kwaliteit van het leven neemt hier en nu al toe. In mijn eigen beleving ligt het allemaal wat meer in het verschiet ligt. Hoe komt dat? Als je jarenlang niets anders hebt gehoord en de nadruk lag altijd op het toekomstige dan doet dat onder andere het volgende met je:
1. De genade wordt oneindig groot. En dat is geweldig! Het is door die genade dat God ons promoot tot waardigheid.
2. Het demotiveert je om die waardigheid in te zetten voor het hier en nu.
Echter, als de toekomst zich inspant om met haar stralen de aarde te beschijnen en aansluiting vindt bij mijn hervonden waardigheid, dan kan dat koninkrijk van God toch veel meer in het hier en nu gestalte krijgen dan dat ik altijd gedacht heb.
Nee, daarmee bedoel ik niet die massale opwekkingsrally's in binnenland, en vooral buitenland waar van alles geclaimd en geproclameerd wordt en die vaak niet meer zijn dan een exclusief feestje voor de zichzelf uitgeroepen tot apostel, profeet, gezalfde of weet ik al niet wat man of vrouw, plus entourage. Dat is een waardigheidsbekleder onwaardig en een totaal ongepast gebruik van de hemel.
Ik heb het dan over die mannen en vrouwen die het koninkrijk begrepen hebben en de promotie tot waardigheid niet alleen maar van binnen koesteren (oppotten voor de toekomst) maar die volop laten schijnen.
Jezus had het over "Leven." Zijn publiek begreep dat hij het over het hier en het nu had. De vraag waar men mee tobde was hoe men het leven echt kon leven en Jezus had daar een helder antwoord op: "Ik ben het leven." Bestudeer zijn leven en je ziet een leven in heerlijkheid; een authentiek waardigheidsbekleder. Dan heb ik meteen helder op mijn netvlies wat dat inhoudt en het voorbeeld tot navolging.
(naar Romeinen 8)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten