“Voor een mens in
een staat van verdeeldheid, bestaat het goede in het vellen van een oordeel
waarbij het criterium de mens zelf is. Kennis van goed en kwaad maakt van de
mens feitelijk een rechter” (Bonhoeffer, Ethics, 34).
In het Matteüs evangelie spreekt Jezus duidelijke taal als Hij zegt: “Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt. Want op grond van het oordeel dat je velt, zal er over je geoordeeld worden, en met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden” (7:1-2).
Toch spreekt de Bijbel over mensen die andere mensen moeten oordelen. Ook worden we opgeroepen om ons onderscheidingvermogen te ontwikkelen. De hele dag door maken we keuzes en veel van die keuzes hebben te maken met een oordeel over goed en kwaad. Allemaal hebben we te maken met ethische kwesties waarin van ons een standpunt wordt gevraagd. En het is gewoon verdraaid moeilijk. Het ontbreken van een moreel kader hiervoor maakt dat de mens vanuit het kader van het corrupte zelf besluiten neemt en oordelen velt.
Het lijkt zo ingewikkeld en moeilijk voor ons om in de liefdesrelatie met God te blijven; alsof Christus niet gestorven zou zijn stappen we er zo weer uit en knabbelen aan de boom van kennis van goed en kwaad, vellen we een oordeel in plaats van gehoor te geven aan het tweede hoogste gebod, gelijk aan het eerste: de naaste lief te hebben als onszelf.
We ontkomen er niet aan. In de gebroken staat van de wereld waarin de kennis van goed en kwaad de mens tot rechter heeft gemaakt, is het onmogelijk om niet te oordelen; onmogelijk om geen ethische beslissingen te hoeven nemen. Hoewel de mens er niet goed in is, kan hij er tegelijk niet voor weglopen. Als er al geoordeeld moet worden, doe het voorzichtig, vanuit de liefdesrelatie met God, mogelijk gemaakt door het verlossingswerk van Christus. Bij twijfel: liefhebben! Voor je het weet stap je weer uit de driehoek en sta je weer aan de boom te snacken.
1 Johannes 3:16 “Wat liefde is, hebben we geleerd van hem die zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters.”
In dit vers ligt de oplossing en - paradoxaal - het dilemma besloten: je leven geven. Om dat te kunnen moeten de barrières van schaamte, angst en schuld genomen worden en daar komt de mens zichzelf keihard tegen. Zichzelf bewijzen, groot lopen doen en anderssoortige opblazerij staan zelfs de erkenning van het probleem al in de weg. De graankorrel komt pas dan tot vrucht als deze eerst in de grond gestopt wordt en sterft. Daarin ligt de belofte van nieuw leven besloten. Maar wie wil er nu sterven? Het lijkt uitzichtloos en hopeloos.
Is het mogelijk om één te zijn zoals de Vader en de Zoon dat zijn? Omdat het ideaal zo ver weg lijkt zou het de mens ervan kunnen weerhouden om te beginnen bij de basis: sterven. Dat is wat er gebeurt wanneer de mens zijn vertrouwen op het volbrachte werk van Christus stelt. Een nieuw leven begint en verandering is niet langer onmogelijk. In plaats van energie te zuigen, leert de mens te geven, zoals ook Hij zich gaf. In mijn ontmoeting met Christus, ontvang ik altijd leven, word ik meer mens. In mijn ontmoeting met mensen die hebben leren geven, word ik ook meer mens. En dat is gemeenschap. Met dank aan Greg Boyd's Repenting of Religion.
In het Matteüs evangelie spreekt Jezus duidelijke taal als Hij zegt: “Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt. Want op grond van het oordeel dat je velt, zal er over je geoordeeld worden, en met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden” (7:1-2).
Toch spreekt de Bijbel over mensen die andere mensen moeten oordelen. Ook worden we opgeroepen om ons onderscheidingvermogen te ontwikkelen. De hele dag door maken we keuzes en veel van die keuzes hebben te maken met een oordeel over goed en kwaad. Allemaal hebben we te maken met ethische kwesties waarin van ons een standpunt wordt gevraagd. En het is gewoon verdraaid moeilijk. Het ontbreken van een moreel kader hiervoor maakt dat de mens vanuit het kader van het corrupte zelf besluiten neemt en oordelen velt.
Het lijkt zo ingewikkeld en moeilijk voor ons om in de liefdesrelatie met God te blijven; alsof Christus niet gestorven zou zijn stappen we er zo weer uit en knabbelen aan de boom van kennis van goed en kwaad, vellen we een oordeel in plaats van gehoor te geven aan het tweede hoogste gebod, gelijk aan het eerste: de naaste lief te hebben als onszelf.
We ontkomen er niet aan. In de gebroken staat van de wereld waarin de kennis van goed en kwaad de mens tot rechter heeft gemaakt, is het onmogelijk om niet te oordelen; onmogelijk om geen ethische beslissingen te hoeven nemen. Hoewel de mens er niet goed in is, kan hij er tegelijk niet voor weglopen. Als er al geoordeeld moet worden, doe het voorzichtig, vanuit de liefdesrelatie met God, mogelijk gemaakt door het verlossingswerk van Christus. Bij twijfel: liefhebben! Voor je het weet stap je weer uit de driehoek en sta je weer aan de boom te snacken.
1 Johannes 3:16 “Wat liefde is, hebben we geleerd van hem die zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters.”
In dit vers ligt de oplossing en - paradoxaal - het dilemma besloten: je leven geven. Om dat te kunnen moeten de barrières van schaamte, angst en schuld genomen worden en daar komt de mens zichzelf keihard tegen. Zichzelf bewijzen, groot lopen doen en anderssoortige opblazerij staan zelfs de erkenning van het probleem al in de weg. De graankorrel komt pas dan tot vrucht als deze eerst in de grond gestopt wordt en sterft. Daarin ligt de belofte van nieuw leven besloten. Maar wie wil er nu sterven? Het lijkt uitzichtloos en hopeloos.
Is het mogelijk om één te zijn zoals de Vader en de Zoon dat zijn? Omdat het ideaal zo ver weg lijkt zou het de mens ervan kunnen weerhouden om te beginnen bij de basis: sterven. Dat is wat er gebeurt wanneer de mens zijn vertrouwen op het volbrachte werk van Christus stelt. Een nieuw leven begint en verandering is niet langer onmogelijk. In plaats van energie te zuigen, leert de mens te geven, zoals ook Hij zich gaf. In mijn ontmoeting met Christus, ontvang ik altijd leven, word ik meer mens. In mijn ontmoeting met mensen die hebben leren geven, word ik ook meer mens. En dat is gemeenschap. Met dank aan Greg Boyd's Repenting of Religion.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten