14 februari 2008

Bidden; Hoe dan wel?

Nog even terugkomend op mijn vorige Blog waar ik de tweewekelijkse gebedsavond noemde. Er zijn denk ik maar twee manieren om grote(re) groepen mensen aan het bidden te krijgen. De eerste is om het op te leggen (mensen komen omdat er straf of afwijzing tegenover staat) of een opwekking van God (daar wil je echt bij zijn). De Brandaris is gelukkig een plek waar mensen niet onder druk worden gezet Het wachten is dus nu op die opwekking.

De vraag gaat dieper. Ik denk dat christenen overtuigd zijn van de noodzaak en het belang van persoonlijk en collectief gebed maar worstelen met de vraag of de format van een tweewekelijkse bidstond dan wel zo effectief of juist is. Laat ik, in plaats van het op de Brandarianen af te reageren, wat een enkele Bloglezer heeft geirriteerd, het dan maar over mezelf hebben. Misschien dat dat helpt.

Waarom ga ik naar de bidstond?
1. Oudsten en diakenen worden geacht bij de gebedsavonden aanwezig te zijn. Als ik zou zeggen dat ik ga omdat het het hoogtepunt van de week is, zou ik liegen. Als ik geen oudste meer zou zijn zou ik elke intentie hebben om trouw te blijven gaan maar ik ken mezelf voldoende om te weten dat dat na een poosje verwaterd en in m'n agenda andere zaken prioriteit gaan krijgen.

2. Om de gezelligheid. De koffie vooraf en de pauze kan mij nooit lang genoeg duren. Een geweldig moment om met deze en gene bij te praten.

3. Om het voorrecht om met en voor elkaar te bidden. Meestal is daar wel tijd voor. Dat vind ik geweldig omdat ik geloof dat God de gebeden hoort en wil verhoren. Bidden voor de wereld vind ik al weer ingewikkelder omdat het allemaal zo ver weg is.

Ik ben geen man van gebed in de traditionele zin van het woord. Ik heb geen lijstjest met dingen, namen en landen die ik afvink.
Ik heb geen gestructureerd gebedsleven waarin ik vaste tijden apart zet om voorbede te doen (ik heb geen lijstjes die ik daarvoor kan gebruiken).
Ik ben wel voortdurend in gesprek met God. Bij alles wat ik lees, hoor, zie betrek ik God. In gesprekken met mensen, tijdens autoritten, wandeltochten, gesprekken rond de tafel en noem maar op.
Ik leef in het besef van Zijn voortdurende aanwezigheid. Daarom vind ik het moeilijk als we georganiseerd God gaan zoeken of gaan proberen dichter bij Hem te komen, een tijd van aanbidding te hebben. In veel kerken over de hele wereld wordt dit soort jargon gebruikt. Dit is misleidend omdat het impliceert dat God zoek is (Zich in ieder geval verbergt tot ik het inititief neem om Hem ingespannen te zoeken en als ik dan lang genoeg gezocht zou hebben komt Hij opeens tevoorschijn: kiekeboe!), we dichter of verder bij Hem vandaan zouden kunnen zijn en dat aanbidding iets is wat je aan en uit kunt zetten.
Ook dit heb ik al eerder genoemd maar ik zou dit terrein graag eens in de vorm van een aantal studieavonden willen verkennen. Wie doet er mee?

1 opmerking: