12 augustus 2019

Ik denk dat ik aan fatsoensillusie lijd.

Een van de spanningsvelden waar de mens in leeft is de afstand tussen wat men, op grond van een overtuiging, weet wat hem te doen staat en de daadwerkelijke uitvoering daarvan. Mijn vriend Jakobus zegt dat een geloof dat niet tot daden komt, een dood geloof is.

Een goede vriend, die inmiddels de kerk verlaten heeft, vertelde me een verhaal dat voor hem onderdeel was van een flinke stapel aan redeneren die tot dat besluit heeft geleid.
Een collega van hem was ernstig ziek en ten dode opgeschreven. Op een gegeven moment was hij te zwak om nog te kunnen werken en meldde zich ziek. Zijn baas vroeg hem een paar dagen later of hij het misschien op kon brengen om nog even langs het kantoor te komen om een dossier over te dragen. De zieke stemde toe. Op de afgesproken tijd op het kantoor aangekomen zat zijn baas op hem te wachten. Maar niet alleen. Er was ook een advocaat bij, zo eentje die het belang van het bedrijf behartigt. De overdracht van het dossier verliep anders dan verwacht.
Door op het werk te verschijnen bewees de zieke dat hij helemaal niet zo ziek was dat hij niet meer kon werken en werd dan ook op staande voet ontslagen. Korte tijd later overleed de zieke.

De betreffende baas zat de zondag erna en zoals te doen gebruikelijk een paar lichamen verder op dezelfde kerkbank als mijn vriend, vriendelijk glimlachend naar de mensen op hem heen.

Ligt mijn verwachting te hoog als ik aanneem dat een geroutineerde gelovige op de hoogte is van de gouden regel, ook wel bekend als het hoogste of koninklijke gebod zoals we dat vinden in het Grote Boek? Bij dat gebod – heb uw naaste lief als uzelf – zit volgens mij geen woord chinees.

Helaas, maar begrijpelijk, is dit voorbeeld koren op de molen van hen die besloten hebben dat christenen niet deugen, hypocriet zijn en hun geloof niet waarmaken. Met andere woorden, het is geen reclame voor de kringen waarin ik mij doorgaans begeef. Christenen hebben het wat dat betreft ook niet gemakkelijk omdat ook de rest van de wereld op de hoogte lijkt te zijn van hun voorgeschreven hoge idealen. De maat die zij belijden en nastreven is de lat die wereld om hen heen toepast om hen op te meten en te (dis)kwalificeren.

Tussen ideaal en werkelijkheid zit altijd wel een afstand(je) en enige afstand wordt ons niet al te zeer kwalijk genomen omdat de ander dat afstandje ook bij zichzelf herkent. Uiteraard zijn er uitzonderingen. Er zijn best wel mensen die zo blind zijn als een paard en het altijd beter weten dan en voor de ander. Die zijn gemakkelijk te herkennen omdat ze niet al te veel vrienden hebben.

Ooit Schindler’s list gezien? Er is niemand die Oskar Schindler verwijten zal dat hij het ‘naaste liefhebben als zichzelf’ onvoldoende in praktijk bracht. Integendeel. We prijzen en eren de man omdat hij zoveel meer heeft gedaan dan menigeen zichzelf in een vergelijkbare situatie zou zien doen. Wij twijfelen niet aan hem. Toch was er één die hem verwijten maakte. Dat was hij zelf. Hier een stukje uit het script van de film.

I could have got more out.
I could have got more.
I don't know.
If I just...
I could have got more.
Oskar, there are 1100 people who
are alive because of you. Look at them.
If I'd made more money.
I threw away so much money.
You have no idea.
If I had just...
There will be generations
because of what you did.
I didn't do enough

Kijk hier naar deze aangrijpende scenes op Youtube. Mannen  zoals Oskar Schindler geven de mensheid hoop.

Geef mij Oskar maar als baas.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten