21 februari 2019

Heel veel schrijven over vrijwel niets. Kan dat?

Ja, dat kan.
Zo vroeg iemand mij tot welke groep de zogenaamde Herdodianen behoorden. Dat was een groep lieden die samen met de Farizeeën wachtten op de juiste gelegenheid om Jezus een kopje kleiner te maken. Ze worden enkele keren in het Nieuwe Testament genoemd maar eigenlijk weten we niets meer dan dat ze er gewoon waren.
Vervolgens begint het grote speculeren.
Zo kan het gebeuren dat we uiteindelijk heel veel te weten komen als je maar konsekwent een speculatie of aanname blijft volgen en uitwerken. Zo kan niets best wel wat gaan lijken.
Het "probleem" met alle grotere en diepere vragen is dat je niet zonder bepaalde aannames kunt. Of het nu om geloofszaken, om wetenschap of het geloofsweten gaat, aannames zijn essentieel om theorieen te ontwikkelen en geloofshuizen te bouwen.
En ja, we ontdekken best wel nieuwe dingen. Dingen die we eerste niet wisten, weten we nu wel. Zo kan het zomaar zijn dat er een 2000 jaar geschiedenisboekje boven water komt dat het een en andere uit te doeken weet te doen over de Herodianen. Altijd verrassend als dat gebeurt omdat aan veel speculaties dan een voorgoed einde komt, terwijl anderen worden bevestigd. Altijd mooi als je niet langer hoeft te gissen en gewoon kunt weten.
Niet dat weten alles opeens beter en makkelijker maakt. Was dat maar zo. Dan konden we allemaal rustig gaan slapen.
Alle nieuwe weten roept weer een vers blik aan vragen op. Dat houdt het leven interessant.
Over de Herodianen waren we dus snel uitgepraat. Ik wist niet meer te vertellen dan dat ze er blijkbaar gewoon waren. Ook Google biedt in dezen geen uitkomst.

Goed, ik word gemaand om in te stappen; vliegen naar Perth voor een studieweekend. Ben benieuwd of ik daar bij kan dragen aan de groei in kennis en ontwikkeling van een groepje geloofsgenoten.
Heb trouwens net ontdekt dat het studieweekend plaatsvindt in een plaats waar een nog langere Jetty is. Dit is volgens 'de mensen" echt de langste op het zuidelijk halfrond.



18 februari 2019

Krijsende kinderen hinderen....

Ungarra, SA 5607

Pap en mam doen hun best om hun kinderen in het gareel te houden. De een ligt op de grond te kleuren, de ander trekt aan de paardenstaart van het meisje dat voor hem zit (met alle audio gevolgen van dien) en weer een ander ontsnapt uit vaders houdgreep en begint een slalom rondom de kerkbanken. Ook zie ik wat zoetere kinderen die mams iets duidelijk willen maken maar dat niet fluisterend of in gebarentaal doen.

Met zo'n twintig volwassenen en een kleine dertig kinderen (tot tien jaar) die met z'n allen de kerkdienst meemaken ervaar ik bijna fysiek wat het moet zijn om onderdeel te zijn van een kakofonie.

Nee, het is geen droom en ook geen fantasie. In deze werkelijkheid probeer ik de aanwezigen een of twee dingen aangaande de bekende Bergrede van Jezus duidelijk te maken. Veel ouderen zitten in de banken aantekeningen te maken. Dat is waarschijnlijk de enige manier om iets van wat gezegd wordt op te slaan en later op te kunnen broeden.

Gelukkig heb ik plaatjes bij mijn verhaal. Dat is, denk ik, een goede gewoonte: Zoek enkele en het liefst één enkele beeld waar het hele verhaal aan hangt en de kans dat de luisteraar je verhaal na kan vertellen neemt met lichtjaren toe.

Er wordt wel gezegd dat een beeld meer zegt dan duizend woorden maar dat is lichtelijk overdreven en als generalisatie zelfs niet geldig. Het tegenovergestelde kan namelijk ook waar zijn. Eén woord zegt soms meer dan duizend plaatjes. Daar gaat je generalisatie.
Generalisaties hebben we helaas nodig maar zijn altijd ontoereikend. Dom en meelijwekkend is de mens die leeft van generalisaties.
Of "ze" mijn plaatjes mochten houden. Die zouden ze dan de volgende zondag projecteren zodat de mensen (en kinderen) ze weer zouden zien en het verhaal zouden herinneren. Slim! Welke kerk in Nederland geeft voor de frisse preek van vandaaag wordt afgeleverd, eerst een korte samenvatting van de waarschijnlijk reeds diep weggezakte van vorige week? 
Goed, ik dwaal af.

Terug naar de kleine geloofsgemeenschap in Ungarra waar de totaalbeleving en inclusiviteit centraal lijkt te staan.
In mijn wereld worden de kinderen angstvallig weggehouden bij het hoogtepunt van de eredienst: "De verkondiging van het Woord." Terwijl de oudere mensen luisteren naar de hopelijk wijze en diepe woorden van de vermeende bijbelkundige, zijn de kinderen overgeleverd aan de goede zorgen en onderwijs dat hoofzakelijk door vrouwen wordt verleend en gegeven. Waarschijnlijk omdat het veelal gepaard gaat met knutselkneepjes en daar zijn vrouwen beter in dan mannen? Tot aan een bepaalde leeftijd, de grens is niet zo strikt, breekt de dag aan dat het kind de transitie maakt naar het serieuze publiek. Helaas is de vrouw, die tot dat moment zo'n belangrijke bijdrage heeft gehad in de vorming van het geloofsraamwerk en -fundament van het kind, nu in veel geloofsgemeenschappen uitgepraat. In dit plaatje klopt er iets niet.
Maar goed, ik dwaal (weer) af.

Opgroeien en gevormd worden in een kakofonie waarin niets in compartimenten wordt gedwongen, waar kerk, feest, leven en werk door elkaar lijken te lopen en onverbrekelijk met elkaar zijn verweven; ik mis dat wel een beetje. Hier zie ik het nog en het roept een heimwee op naar iets dat zou kunnen zijn.

15 februari 2019

Als ergens anders heen gaan wel heel erg ver is

Nog driehonderd kilometer rijden en dan kom in op mijn bestemming aan: Ungarra in Zuid Australie. Daar wonen vrienden die dat eerst niet waren. Ze zijn het wel geworden omdat ik er vaker kom. Onbekenden die al wel vrienden of familieleden van anderen zijn, worden kennissen en vervolgens rolt daar weer een percentage aan nieuwe vrienden uit waarvan een nog kleiner deel oude en/of dikke vrienden wordt. In Ungarra wonen relatief nieuwe vrienden van mij waarvan twee of drie oud. Maar niet dik. Dikke vrienden, daar heb ik er niet veel van. Misschien twee, drie?

Gisteren ben ik gaan rijden en heb met mezelf afgesproken dat ik geen haast heb. Zo stop ik wanneer ik wil en kom ik nog eens op plekken waar ik anders langs gereden zou zijn en de naam van de plaats meteen in de vergetelsectie van het brein wordt opgeslagen. Zo stopte ik gisteren bij Port Germein die zich trotst profileert met de (eens) langste "jetty" op het Zuidelijk halfrond (wij zouden die jetty gewoon steiger noemen): ruim anderhalve kilometer. Ja, dat is lang.

Zo lijkt elk zichzelf enigszins respecterend land, gewest, provincie, staat, stad, dorp of gehucht wel ergens het grootst, oudst of best in te zijn. Rotterdam heeft de Euromast en meent ook de op een na grootste (handels)haven te zijn.

Terug naar Ungarra. Waar is zij groot in?  Misschien in het klein zijn. Een klein gehuchtje dat deel uitmaakt van een schiereiland (Eyre Peninsula) dat vier keer zo groot is als Nederland maar slechts een fractie van het aantal mensen telt (60.000 = zeg maar 0,3%).
Nu zijn er wel wat kerkjes op het eiland, maar niet zoveel. Ungarra heeft welgeteld één kerkje en daar moeten de gelovigen het mee doen. Als die kerk de gelovige niet bevalt staat het afleggen van lange afstanden om een volgende geloofsgemeenschap die misschien wat meer aan de behoeften, wensen en eisen van de gelovige tegemoetkomt als lot het te wachten.

Wat mij bijzonder intrigeert is dat bij een dergelijke demografie en geografie het soort vragen dat de mensen zich stelt verandert. Een volgeling van Christus kan niet eens rustig om zich heen kijken en shoppen totdat de best mogelijke match tussen persoonlijk wensenpakket en aanbod van de verschillende kerken wordt bereikt.
De gelovige staat voor een heel ander soort vraag die we in het Westen nog maar spaarzaam tegenkomen: "Wat moet ik doen om bij deze gemeenschap te kunnen horen?"
Fascinerend!

Morgen spreek ik in deze grootste kerk van Ungarra. Tevens ook de kleinste. Zoals te doen gebruikelijk zullen ze morgen na de dienst besluiten dat er nog drie studieavonden volgen. Vrijwel niemand heeft een geldig excuus om die studies dan niet te bezoeken. Ze gaan toch nergens heen want ergens anders is eigenlijk anders heel ver.

Een voorrecht!