Had ik toch de puinhoop aangehaald die twee oude van dagen, hun dagen slijtend met een langzaam dovende hoop op een beloofde zoon (waaruit een groot volk zou voortkomen), over hun leven hadden afgeroepen door een oplossing te fabrieken die ook vandaag op z’n minst enkele wenkbrauwen zou doen fronsen.
Omdat de beloofde zoon uitbleef; het eierdoosje van de vrouw was al enige tijd leeg, mag de man het van zijn vrouw met de huishoudster doen. Die wordt prompt zwanger en daarmee is het probleem van de onvervulde belofte opgelost totdat de bejaarde vrouw dertien jaar later op wonderbaarlijke wijze toch zwanger wordt en negen maanden later, jawel, een zoon baart.
De dynamiek van het verhaal en met name tussen de twee vrouwen verandert hierdoor, escaleert, met als uiteindelijk gevolg dat de betreffende huishoudster en haar zoon met een lunchpakket en een flesje water de woestijn in worden gestuurd. Overlevingskans: nihil. Tenzij..
De belover in het verhaal geraakt door het gestuntel van de bejaarden niet al te zeer van z’n stuk en verbreedt de gedane belofte. Die wordt nu all-inclusive. Ook de andere zoon wordt een groot nageslacht in het vooruitzicht gesteld. Twee zoons, twee volken.
Kwam er na afloop van de dienst iemand naar me toe met de vraag/stelling dat ze niet beter wist dan dat het ene grote volk de Joden waren en dat andere grote volk de moslims. Zelf had ik daar met geen woord over gerept of iets in die zin gesuggereerd maar realiseerde me wel dat deze gedachte representatief is voor wat menig christen geleerd is om te geloven.
Het is een logisch
gevolg van het lezen van de Bijbel alsof alle verhalen vorige week zijn gebeurd. De betekenis en interpretatie wordt daarbij met het grootste gemak naar de actualiteit van vandaag getrokken. De duizenden jaren die er tussen toen en nu zitten worden slinks weggewuifd of -gemoffeld. Dat scheelt namelijk een hoop geschiedenisboeken lezen. En
wie zit daar op te wachten? Bovendien hebben we de experts die met hun
kenniskaravanen door Nederland trekken om de gelovigen bij te spijkeren; in
twee uur of in vijf avonden helemaal bijgepraat! En dat allemaal objectief en loepzuiver...
Als je onderzoek
doet naar het nageslacht van Abraham kom je op het bizarre spektakel, dat we
internet noemen, alle mogelijke antwoorden tegen met volgens mij de enige
plausibele conclusie dat we het niet echt kunnen weten. Er is sindsdien
teveel water naar de zee gestroomd.
De islam is zich pas in de zevende eeuw gaan verspreiden. De vraag of de moslims
tot het nageslacht van Ismael behoren, lijkt mij daarmee beantwoord. Bovendien hang
een moslim de islam aan. Dat is een religie en niet een volk.
Frappant is echter dat het verhaal, zoals we dat vinden in Genesis 15 tot 21:21, de lezers en duiders als bijna vanzelf doen verzanden in een discussie over genealogieën, terwijl aan de kern, of de kernen van het verhaal, met de relevante tijdloze theologische en antropologische toepassing wordt voorbij geschaatst.
Eigen karavaan notities:
- God eert zijn belofte en raakt niet van zijn stuk als de mens linksaf gaat waar rechtsaf de bedoeling was.
- De
mens moet leven met de gevolgen van de keuzes die hij maakt en is er verantwoordelijk voor.
- Door gestuntel en misbruik van positie en macht maakt de mens slachtoffers. Die slachtoffers hebben weinig tot geen keuzes of opties en betalen de prijs: enkeltje woestijn.
- In die woestijn is God dichtbij. Hij ziet en Hij hoort. Zelfs als de mens Hem niet ziet of hoort(*).
- God lost het probleem niet, of slechts deels op.
(*) Hierom is de Bergrede en zijn de zaligsprekingen (Matteüs 5-7) relevant voor vandaag. De zaligsprekingen hebben een sterk eschatologisch karakter die uitzicht bieden in de vaak inktzwarte werkelijkheid van situaties waarin de mens zich kan bevinden.
Illustratie: Marc Chagall, Hagar in de woestijn
Geen opmerkingen:
Een reactie posten