08 mei 2014

Homo's en lege enveloppen

Vel over been, dat is het eerste wat je ziet. Je kijkt nog een keer: 't-is een kind dat zwaar ondervoed is. Je moet iets doen en trekt je portemonnee. Drie flappen van tien, dat moet wel kunnen; maak ik zelf een keer eten klaar of sla een maaltijd of twee, drie over. Je voelt je goed. Dankbaar pakt het kind bijna het geld aan; "meneer, voordat ik uw geld aanneem... bent u misschien homo, of werkt u voor een organisatie waar wellicht homo's werken?"
Absurd natuurlijk. Het laatste waar een mens in nood aan denkt, voordat deze hulp van anderen aanneemt, is de geaardheid, geloofsovertuiging of het 'geefmotief' van de barmhartige.

Maar nu gaan we die barmhartigheid organiseren. Veelvouden van dertig euro worden ingezameld en door een groep mensen die de nood in de wereld willen lenigen, geadministreerd en gedistribueerd. Wil ik nu die dertig euro toevertrouwen aan zo'n organisatie? Wie weet werken er bij die organisatie mensen die niet zuiver op de door mij bepaalde of gewenste graad zijn. Dat kunnen mannen en vrouwen zijn die niet geloven in een letterlijke zesdaagse schepping, of rechts stemmen, of een seksuele identiteit hebben die afwijkt van die van mij. Het kan ook zijn dat ze linkshandig zijn, of blauwe ogen hebben, of misschien een te kort rokje dragen. Allemaal fout, fout, fout: kappen met geven!

Wat de recente aardschok bij WorldVision[1] aan het licht brengt is de hypocrisie van de mens. Het geven om nood te lenigen wordt ondergeschikt aan de persoonlijke geloofsmoraal; ik geef slechts als dat geven mijn gevoel van wat theologische juist is bevredigt. Voldoet de organisatie niet meer aan mijn voorwaarden; jammer voor het kind, maar dan maar geen eten, onderdak of onderwijs. Het kind wordt daarmee het spreekwoordelijke kind van de rekening. Tot wel 5.000 gevers stopten hun sponsoring.


FOTO: ARKIVISSOUF SANOGO/AFP PHOTO
Natuurlijk maken mensen keuzes als ze kinderen in nood sponsoren. Vertrouw ik de organisatie? Sta ik achter hun missie en visie? Geloof ik dat de organisatie een gezonde ethiek en integriteit voorstaat en demonstreert? Op het moment dat iemand besluit een kind te sponsoren ga je een verbond aan. Als dat verbond wordt geëerd door de organisatie en de hulpstroom verloopt goed, de financiële terugkoppeling geeft reden om te blijven vertrouwen, dan stop je daar niet zomaar mee omdat het kind daar dan de dupe van is. En daar was het je om te doen; een kind een toekomst geven.
Het is een andere zaak als blijkt dat een organisatie de boel belazert en er met (het grootste deel van) jouw geld vandoor gaat. Dat is het een heldere zaak dat je meteen stopt en alles in het werk stelt om de schuldigen naar het gerecht te slepen.

Welk principe is er belangrijker? Het principe van de verantwoordelijkheid om gerechtigheid, of gelijkheid, na te streven of het persoonlijke principe dat mijn enveloppe alleen maar door iemand mag worden afgeleverd die zuiver in de leer en wandel is? Als dat laatste belangrijker is zie ik opeens een heleboel lege enveloppen; eigenlijk zie ik dan zelfs geen enkele enveloppe meer.

Het koninkrijk van God manifesteert zich door alle denkbare vormen van gebrokenheid. Op het moment dat ik voor jou besluit dat jouw gebrokenheid erger is dan die van mij, lijd ik aan een bijna ongeneeslijke vorm van zelfbedrog.


[1] Only two days after announcing it would hire Christians in same-sex marriages, World Vision U.S. has reversed its ground-breaking decision after weathering intense criticism from evangelical leaders.