De vergadering na de gebedsochtend ging niet door dus was ik om 15.00 uur al thuis. M'n buurjongens deden de deur van hun huis voor me open en vertelden me dat ze bij ons kwamen wonen. Altijd gezellig, zei ik. Het is een tweeling van vijf jaar oud en het zijn echte schatjes met hele lieve stemmetjes.
De buurman was ook thuis en we hebben samen koffie gedronken. Ellen zat ook binnen dus het was een gezellige boel.
De rest van de middag nog wat verder nagedacht over de vergadering van vanavond en met Celine gepraat die om een uur of 18.00 kwam aanwaaien. Onder het genot van een glaasje rode wijn en het gezelschap van Martha en een ovenschotel wat doorgeprat over het jongerenwerk. Wat loopt goed? Wat loopt minder? Hoe staan we er zelf in? Wat zijn onze eigen zegeningen en frustraties?
Jongerenwerk is van groot belang in een kerk. Velen leven in twee werelden; de wereld waarin ze opgroeien en waar hun ouders hun vaak in stimuleren en de wereld van hun eigen vrgane, twijfels, verlanmgens en zoeken.
Niemand kan de beslissing voor hen nemen. We kunnen naast ze staan en ze begeleiden; het voorleven en voor ze bidden.
Tegelijk moet je er over nadenken hoe je dit allemaal effectiever kunt doen. Spreken we hun taal? Vindt de boodschap aansluiting? Hoe geven we Gods liefde gestalte in onze relatie met de jongeren?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten